Anouk knalt op de golven van Lanzarote en Brazilië
Zo’n drieënhalf jaar lang woonde Anouk Stofmeel (38) in prachtige surfoorden als Lanzarote, Costa Rica en Brazilië. Ze raakte verslaafd aan het zoute water en verslond de ene na de andere mooie golf. Inmiddels woont ze alweer een tijdje in Nederland en zet haar passie voor het surfen voort in Scheveningen.
Je hebt op Lanzarote leren surfen. Hoe was dat?
Ik woonde in het surfdorpje Famara, waar je zo’n 360 dagen per jaar kunt surfen. In die twee jaar dat ik er woonde is het op die breakbreak maar tien dagen echt flat geweest. Het kan er wel flink spoken, zeker in januari en februari als de dikke swells binnen rollen. Dan zie je ook waarom Lanzarote ook wel het Hawaï van Europa genoemd wordt. Het is erg tof om die goede surfers los te zien gaan op die hardcore, kamikaze golven, die over het rif heen knallen. In de maanden oktober/november is het’t beste vertoeven op Lanzarote. Het is dan warm, er is weinig wind, en er rollen veel fijne swells binnen.
Je bent pas op je 24e begonnen met surfen. Is dat niet te laat?
Ik zou willen dat ik met een board onder m’n arm was geboren, maar helaas werd ik in 2001 in het plaatsje Montañita in Ecuador pas echt gegrepen door het surfvirus. Een paar maanden erna was ik een weekje op Fuerteventura en nog een paar maanden daarna zat ik een week op Lanzarote. Ik raakte aan de praat met Tim Jones (eigenaar van Surfschoolanzarote.com) en vroeg hem of ik niet te oud was om met surfen te beginnen.. Of het realistisch was dat ik op mijn 25ste nog écht wilde leren shortboarden. Hij keek me aan en zei dat dat wel kon, maar dat ik dan wel de komende jaren elke dag het water in moest. Een maand of zeven later verhuisde ik naar Famara en reisde zo’n drieënhalf jaar lang de kust van Lanzarote, Brazilië en Cornwall af.
Je moet het surfen wel bijhouden. Omdat ik de laatste paar jaar wat minder in het water heb gelegen, surf ik nu minder consistent als toen. Ik blijf echter even stoked en nu iin Scheveningen weer meer in het water lig, komt de vorm vanzelf weer terug.
Onlangs ben je van Amsterdam naar Scheveningen verhuisd. Waarom heb je dat gedaan en bevalt dat?
Ik houd van Amsterdam. Mijn familie, vrienden en bedrijf heb ik daar. Maar ik merkte dat ik eigenlijk maar weinig van de ‘features’ van Amsterdam gebruik maakte. Ik snakte steeds meer naar de rust en ruimte aan zee. De surfverslaving vlamde weer op en toen ik de kans zag om mijn huis in Amsterdam te verkopen, verhuisde ik gauw naar Scheveningen. Nu woon ik weer op 400 meter van de zee vandaan en ik vind het heerlijk.
Wat wil jij nog leren in het surfen?
Ik wil de komende tijd weer terug naar het niveau dat ik had toen ik net terug kwam uit het buitenland. Dat betekent gewoon heel veel het water in. Surfen is echt ‘a mental thing’. Ik kan mezelf vreselijk in de weg zitten als het niet gaat zoals ik wil. En als ik daar teveel over nadenk, gaat het ook minder lekker. Dat is niet nodig eigenlijk. Loslaten en gewoon genieten dus. Het mantra “Think it, Feel it, Do it” van de vader van David Rastovich uit de Blue Horizon film is voor mij dan ook heel treffend!
(https://www.youtube.com/watch?v=tybu0PA6t2I)
Wat is jouw favoriete manouevre?
Het allerlekkerste gevoel krijg ik op een front-side wave, een lefthander voor mij. Van de bottom-turn strak carvend naar de top, even een floater en weer naar beneden. Niet eens zo ingewikkeld en radicaal, maar wel een heel lekker flowy gevoel. Overigens vind ik waanzinnig om in bikini een duck-dive te maken. Als je lange haren door de golf waar je onderdoor duikt, glad over je rug worden gestreken. Een aai over je rug van de zee!
Wat is de gaafste plek waar je ooit gesurft hebt?
Dat is nog altijd Praia do Rosa in Brasil. Dat is een prachtige spot in een adembenemende setting. Daar lig je in bikini in het water tussen de Brazilianen en de Argentijnen. Easy paddle out, langs de rotsen helemaal op rechts. We hadden daar toen een paar dagen echt grote, sterke golven. Heel gemakkelijk te pakken; ze bleven lang open staan. Ah, als ik eraan denk, dan ben ik weer vol van ‘saudades’ (heimwee).
Waar draait het bij jou om bij een surftrip?
Eigenlijk is het heel simpel. Surfen, eten, slapen. En dat herhaalt zich. Meer heb ik niet nodig. Dat houd ik zo wel een paar maanden vol. In Costa Rica, in Santa Teresa heb ik 2 keer 5 weken lang alles op loopafstand gesurft. Met een korte wandeling op de blote voetjes steek je door de jungle, en hop het water in. Even geen gedoe met rondrijden. Maar roadtrippen is ook vet. Boardjes op het dak, rond cruisen van spot naar spot en dan het water in waar het op dat moment het lekkerst rolt.
De Surf-Bus in Rio de Janeiro (http://www.surfbus.com.br) is trouwens ook heel vet. Opstappen voor mijn huis in de wijk Botafogo en dan langs alle spots langs de kust van Rio. Achterin de bus waren boardracks gemaakt, voorin draaide altijd een oude surffilm, en dan tussen de ‘surfistas’ en-route naar de dikste surf. Uitstappen waar je wilt. De eindhalte was meestal ‘t best; bij Prainha. Idyllisch, een hele krachtige golf, en toch nog gewoon in Rio stad!
Heb je nog een droomplek? Waar je graag heen zou willen?
Ik ben dol op Zuid-Amerika en zou nog heel graag rondtrekken langs de kust in Nicaragua. Met de auto/bus over land of met een boot over zee. Deze plek is nog niet zo toeristisch met uitgestorven spots en slechts een handjevol hostels/pousada’s. Het lijkt me heerlijk om daar de koude en donkere maanden te overbruggen.